dinsdag 14 oktober 2008

Witteman en Zwarte Rus

Ha die Xingers,

In Velp, Wladiwostok, Apeldoorn, Doornenburg of waar ook ter wereld.

Zojuist weer uitgedeukt na een lachsalvo van jewelste. Wat een juweel van een column las ik zojuist. Volkskrantcolumniste Silvia Witteman op haar best, over dierendag, in het Volkskrantmagazine van vorige week zaterdag, 4 oktober. Gewoon lezen. Voor liefhebbers heb ik een kopie. Ieder land waar ze met en achter haar partner Philip Remarque, Volkskrantcorrespondent, momenteel in de VS, daarvoor in Rusland en Berlijn heen reist maakt ze op de leukst lachbare wijze belachelijk.

Wat er vanavond aan liederlijks gaat klinken bij de Landmannetjes weet ik niet, maar mocht het over die Russische engeltjes gaan is mijn tip vermoedelijk te laat. Ik ga vanavond nog naar Marco Borsato en overnacht vervolgens bij El en Felix. Van dat ontbijt op het Compaenenbed verwacht ik veel.

Zojuist verliet ik per slot van een roman Wit-Rusland. Per MP3 ga ik nu op pad naar dat kolossale andere Rusland, dat hele grote donkere. Kortom: ik ga aan mijn Tsjaikowski.
Tsja, die taal, en dan die zompige klanken van die diep gezonken moerasbassen van Xing. Ik ben er maar eens tegenaan gegaan met mijn geduldige zangdocent. In die Cheruvimskaja zit alles wat een zanger maar heeft te leren, wie dat onder de knie heeft beheerst dus alles en voelt zich als een Russische kolos.

Wij hebben ons eerst aan die taal gezet. Anders dan dat Xingdiriding treden wij dat fenomeen geheel open en onbevangen en met grote grondige wetenschappelijke objectiviteit tegemoet. Vooroordelen? Wij zijn wel wijzer (geworden dan).

Vanuit zijn oorspronkelijke roeping als logopedist trok zangleraar ooit naar Zwart Rusland om de plaatselijke bevolking behoorlijk te leren spreken.
Zwarte Russen zijn slaven, maar ze zingen niet de blues. Ze kijken donker, hun bedoelingen zijn duister, en hun ziel is zwartgallig en melancholisch, ze hebben vissenbloed en hun oorlogen zijn koud.
Zangleraar heeft cherubijnengeduld, maar zwarte Russen leren te log. De enige smeerolie waarmee nog iets valt los te maken is natuurlijk die typisch Russische antivries: wodka. Daarmee zingen wij nu in. Het advies dit te doen met Stolichnaya (met 'Stolly' als het koosnaampje voor liefhebbers) tekent de ware zangdocent.
Overrijpe polderXingbassen beveelt hij overigens oude jenever van Rijnbende
aan.

Om - mede vanuit het oogpunt van degelijk vergelijkend onderzoek - eens een andere musicus zijn licht te laten schijnen op dit obscure volk heb ik mijn woensdag-avonddirigent hierover aan de ook niet meer zo witte tand gevoeld. Hij lichtte de doopceel van een Russische contrabassist, een aardige collegamusicus die al even stroef is in de omgang als in zijn spel. Woensdagavonddirigent, zo vroeg ik hem, hoe zou je, genuanceerd als je bent, het spel van je medecontrabassist kenschetsen? 'Lelijk', klonk het krachtig. De Rus speelt alle treden van ieder loopje heel precies, verschrikkelijk gedisciplineerd, niets wordt vergeten. Maar het is geen muziek.
Nee, dan woensdagavonddirigent, die slaat noodgedwongen vele loopjes over, neemt een loopje met de voorgeschreven noten maar rijgt wel fijne muzikale draden, zoals herfstspinnen dezer dagen hun ragfijne web en maakt er swingende Balkanklanken van.
Hij neemt het niet zo nauw, maar ja, hij is dan ook een Limburger. En als er één kloof is die verschrikkelijk gaapt is het die tussen Russen en Limburgers, dat volk van het zwarte goud.

Wie meent dat ik er nu op uit ben om Russen (of Limburgers) zwart te maken en hen af te schilderen als publieke zuiplappen kent mij niet. Wie mij ooit heeft zien dansen met Nathalie op het Rode Plein, zoals Gilbert Bécaud, weet wel beter.

De allerbeste column die ik ooit heb gelezen is van de hand van ene Silvia Witteman, die in het Volkskrantmagazine van afgelopen zaterdag, de 11de oktober, de volstrekte tegenstelling tussen wetten en gedrag van haar nieuwe landgenoten in de VS genadeloos aan de kaak stelde. Geen land waar wetten zo bizar kunnen zijn en de gedragsmatige afwijkingen daarvan nog absurder.

Maar misschien moet ik er toch eens naar toe, om als ervaringsdeskundige te kunnen spreken. Via route 66, als een easy rider, naar Graceland, blowen met Bob, Palinpop, flaneren over Sunset in LA, sprakeloos kijken naar de Rocky Mountains, gokken in Las Vegas, Central Park in the dark, Surfing USA. Here I come!

Genoeg gereisd voor vanavond. Morgen weer met de intercity naar de hoofdstad.
Mokum, here I come.

Alle goeds, de hele week.

Gegroet maar weer.

Rob.